Door Diana Tol – Als ik ‘Zoete lekkernijen’ opensla, zie ik dat die verwachtingen niet té hooggespannen zijn. Wederom ligt hier een boek met een heldere indeling, een hele mooie vormgeving en duidelijke receptuur. Ongeveer ieder derde recept wordt vergezeld van een paginagrote foto. Dat klinkt misschien iets kariger dan het is. Persoonlijk zit ik niet echt te wachten op een foto van een Haags hopje, een stuk amandelspijs of zelfs die van een chili-vanilletruffel. Er staan genoeg prachtige foto’s in en mijn fantasie en voorstellingsvermogen worden door dit boek toch al behoorlijk geprikkeld. Wat ik wel een beetje mis, is de vermelding van de bereidingstijd. Dit kleine ongemak wordt ruimschoots goedgemaakt door de royale hoeveelheid achtergrondinformatie, handigheidjes en tips.
Nog veel belangrijker vind ik dat dit boek werkelijk bomvol ‘lekkertjes’ staat. Eigenlijk wil ik alles wel maken, proberen en vooral opeten. Dat dit geen slim plan is, heb ik binnen een paar seconden uitgeknobbeld. De oplossing ligt voor de hand: maken, proeven en dan vooral weggeven.
Laat ik nou vanmiddag op ziekenhuisbezoek gaan. Uit eigen ervaring weet ik een paar dingen: bloemen zijn niet altijd handig op het nachtkastje, het eten in het ziekenhuis is niet altijd lekker en ik was dan ook altijd erg blij als ik werd ‘bijgevoerd’. Van de twaalf hoofdstukken in dit boek heeft hoofdstuk 2 al snel mijn volledige aandacht. De naam alleen al: ‘Knapperige en prachtige brittles’. Dat klinkt niet alleen lekker, dat klinkt ook alsof je daar heel snel, enorm van opknapt.
Alhoewel ik mijn suikerthermometer niet kan vinden, besluit ik toch om brittles te maken. Mijn keus valt op de brittle met amandelen en pistache. Hiervoor moet het suikerwater worden verhit tot 150°C. Ik weet dat dit ongeveer 15 tot 20 minuten vraagt en dat het resultaat wordt omschreven als donker amberkleurig. Met hulp van een thermometer, die tot 110℃ aangeeft, en mijn eigen twee ogen durf ik de gok wel aan. Een goed halfuur later ligt er een heerlijk uitziende brittle af te koelen.
Ondertussen blader ik nog eens wat door het boek en bedenk dat fudge natuurlijk ook een smakelijk cadeautje is. Helaas heb ik de benodigde blanke stroop niet in huis. Wat ik nog wel in huis heb, zijn behoorlijke hoeveelheden chocolade, verschillende nootsoorten, gekonfijt fruit en musketzaad. Van hoofdstuk 8, ‘Lekker simpele chocolade’ ga ik dan ook zowat uit mijn plaat. Want inderdaad: zo simpel en zo lekker!
Binnen een half uurtje liggen er zalige chocolaatjes af te koelen. Een portie heerlijke musketflikken en, omdat ik toch bezig was, ook nog maar wat chocoladeflikken. Die laatste voor de ene helft versierd met walnoot, de andere met gekonfijte ananas en pistache. Het ziet er niet alleen heerlijk uit, het smaakt ook heerlijk. Mooi ingepakt wordt het een geweldig leuk, maar vooral lekker ‘weggevertje’.
Eigenlijk moet ik het erg vinden dat niet alles in de weggeefverpakking past. Want wat overblijft wordt opgegeten. Door mij. Gelukkig word ik geholpen door mijn man. ’s Avonds zitten we samen heerlijk te snoepen van de lekkernijen. Wat een feestje. Ook de patiënte vond ze erg lekker en, toeval of niet, mocht snel weer naar huis.
Ondertussen zit die fudge in mijn hoofd. Die wil ik maken. Ik ga dus serieus op zoek naar blanke stroop. Na vijf verschillende supermarkten, een bekende winkelketen en zelfs de groothandel te hebben bezocht, heb ik nog steeds geen blanke stroop. Wat is dat voor spannend spul? Ik wil het hebben, ik wil fudge met walnoten maken, die volgens Gaitri zijn gladde structuur dankt aan de blanke stroop. Dat wil ik, ik wil gladde structuur, ik wil een goeie fudge!
Ook online wordt ik niet wijzer en besluit tenslotte maar een recept met golden syrup te gaan maken. Als ik in de winkel kom waar ik mijn vorige flesje heb gekocht, is deze nergens meer te vinden. De golden syrup is uit het assortiment gehaald. Tijdens mijn zoektocht naar de blanke stroop, heb ik trouwens ook al geen golden syrup gezien. Whaaa, ik wilde Karamels maken en Yellowman honeycomb. Angstig sla ik het hoofdstuk ‘ingrediënten’ er nog maar eens op na en kijk bij golden syrup. Teleurgesteld lees ik dat ik het niet moet vervangen door iets anders. Nou, lekker dan. Ook van de informatie dat de siroop overal te koop is, word ik ook niet vrolijker. Dan woon ik zeker op de verkeerde plek.
Inmiddels ben ik toe aan troostvoer! Gelukkig staat dit boek daar vol van en van pure frustratie ga ik helemaal los. Vanavond trakteer ik mijn gasten niet op één, maar op vier verschillende lekkernijen. Als eerste begin ik met Kokosmakroontjes. Het kokosmengsel moet een half uurtje staan, zodat de kokos kan uitzetten en in die tijd kan ik het deeg voor de Walnoot-kaneelmakronen maken. Allebei tegelijk de oven in en binnen 15 minuten staan er heerlijk geurende makroontjes op het aanrecht af te koelen. Mijn humeur klaart zienderogen op en ik begin dan ook vrolijk aan de Melksnoepjes
met pistachenootjes. Ik ben erg benieuwd of ze smaken, zoals ik denk dat ze zullen doen. Terwijl de rietsuiker en de koffiemelk staan in te koken kan ik mooi aan de Gembertruffels met pure en witte chocolade beginnen.
’s Avonds is het feest. Niet echt, maar dat wordt het als ik de etagère met al dat lekkers op tafel zet. De kokosmakroontjes met chocoladekern vallen erg in de smaak, maar de walnootmakronen zijn favoriet. De melksnoepjes met pistache zouden een andere naam moeten hebben. Zoiets als ‘Zoete Zaligheid’ of zo. De gembertruffels zijn heerlijk vol van smaak en hebben een pittige bite. Deze traktaties zijn werkelijk de zoete lekkernijen die het boek belooft.
Tenslotte is er nog één ding uit het boek dat ik echt graag wil maken; ’Cheesecakebrownies’. Ook bij dit recept kan ik niet anders dan concluderen dat het misschien jammer is dat de totale bereidingstijd niet staat aangegeven, maar dat het recept verder erg duidelijk en overzichtelijk is. Door mijn ervaring met de voorgaande maaksels uit dit boek, ben ik niet bang dat de brownies tegen zullen vallen. Sterker nog, ik denk dat ze enorm lekker zullen zijn. Weggeven dus. ’s Avonds heb ik een uitje, waarbij onder andere ik voor het lekkers bij de koffie zal zorgen. Een prima gelegenheid om deze 2-in-1 traktatie te maken. Als ik later die middag het resultaat van mijn nijverheid proef, heb ik een klein beetje spijt dat ik de brownies weggeef, want oh, wat zijn ze lekker. Dat vinden de dames die ’s avonds hun tanden in de cakejes zetten ook. Gelukkig mag ik zelf ook een stukje bij de koffie, dus eind goed, al goed.
Nu is het tijd geworden om voorlopig even afscheid te nemen van ‘Zoete lekkernijen’. Ik zeg voorlopig, want dit boek blijft binnen handbereik. Het zou mij niets verbazen als ook dit boek in de prijzen valt.
Titel: Zoete lekkernijen
Auteur: Gaitri Pagrach-Chandra
Uitgever: Kosmos
ISBN: 9 789021 554716
Aantal pagina’s: 287
Aantal recepten: 124
Taal: Nederlands
Adviesprijs: €24,95
Moeilijkheidsgraad: Makkelijk