Dit moet ik toch even met jullie delen. Zo lekker! Hier in Limburg is de rijstevlaai algemeen goed, niet weg te denken op verjaardagsfeestjes. Voor het weekend bakte ik een eenvoudige cake, dat doe ik wel vaker, want dat is altijd lekker. Voor als je het gevoel hebt “ik móet bakken, no matter what”…dan is een cake altijd goed. Tenminste, ik als hobbybakster heb dat wel eens.
Mijn man at met smaak zijn plakje cake en murmelde dat hij nog eens zin heeft in rijstevlaai. Lekker als beloning na een fikse wandeling. Nu hebben we dit weekend niet gewandeld, maar ik vond dat we toch een stukje rijstevlaai verdiend hadden. Dus, daar stond ik weer, pak bloem op het aanrecht, eitje gesplitst. Klaar om aan de bak te gaan. Ben jij er ook klaar voor? Hier komt het recept.
Recept Rijstevlaai met slagroom en chocoladeschaafsel
Ingrediënten voor de bodem:
200 g bloem
2 el suiker
2 el zonnebloemolie
15 g roomboter (zacht)
1 eidooier (bewaar het eiwit, dit heb je straks nog nodig)
100 ml volle melk (lauwwarm)
1 zakje droge gist (=7 g)
1/4 tl zout (=2 g)
Werkwijze bodem:
Los de gist op in de melk. Meng het zout met de bloem en maak een kuiltje in het midden. Doe de suiker, olie, boter, eidooier en de melk met de gist in het kuiltje. Werk van buiten naar binnen steeds een beetje bloem door de natte massa, totdat alles goed gemengd is en je een mooi deeg krijgt. Kneed verder tot een soepel deeg.
Tip 1: werk met één hand, zodat je andere hand schoon blijft. Pas als je deeg niet meer te veel plakt, zet je de tweede hand ook in.
Tip 2: als je tijdens het mengen merkt dat je massa te nat blijft, dan pak je met je schone hand een beetje extra bloem en strooi dit over je werkhand en wrijf. Je zult zien dat het deeg vaster wordt en makkelijker loslaat van je hand.
Zodra je een soepel deeg hebt, vorm je er een bal van. Laat het nu afgedekt onder een plastic folie op kamertemperatuur rijzen. Minimaal 30 minuten. In die tijd kun je de rijstvulling maken.
NB: deze bodem maakte ik ook bij de kersenvlaai en de kruimelpuddingvlaai waar ik al eerder een blog over schreef.
Ingrediënten voor de vulling:
150 g dessertrijst
750 ml volle melk
1 vanillestokje of 1 el vanille-extract
1 eiwit (die had je over van de bodem)
100 g suiker
Werkwijze rijstvulling:
Breng de melk aan de kook samen met het merg van het vanillestokje (of het vanille-extract). Laat het stokje ook meetrekken. Doe de rijst in de melk en laat het op zacht vuur 15 à 20 minuten koken. Vis het stokje er weer uit zodra de pap dikker wordt. Roer regelmatig om aanbranden en velvorming te voorkomen. Draai het vuur uit en roer de suiker er door. Laat het even staan zodat de suiker goed kan oplossen. Giet nu de rijstepap in een ruime schaal en laat verder afkoelen. Maak ondertussen een kom vetvrij en ook de gardes van je mixer. Klop nu het eiwit stijf. Schep dit onder de voldoende afgekoelde rijstepap.
Tip 3: Met voldoende afgekoeld bedoel ik dat je zonder te blazen er een hapje van kunt nemen.
De vlaai opbouwen
Benodigdheden in kleine hoeveelheden:
boter om in te vetten
bloem
custardpoeder
Verwarm de oven voor op 180 °C. Vet een vlaaibodem van 25 à 26 cm in. Bestrooi de vorm met bloem en klop het overtollig er weer uit, zodat je een dun filmlaagje overhoudt. Druk de lucht uit het deeg en rol het uit op een met bloem bestoven werkblad. Bekleed de vorm en snijd overhangend deeg weg. Prik met een vork gaatjes in de bodem. Bestrooi nu de bodem lichtjes met custardpoeder. Verdeel de rijstepap met een spatel over de bodem. Bak de vlaai in 25 à 30 minuten goudbruin. De vlaai is goed als je ziet dat de randen los beginnen te laten van de vorm.
Tip 4: Gebruik, indien je die hebt, een vlaaivorm met losse bodem. Hierdoor los je na het bakken veel gemakkelijker de vlaai uit de bodem.
Tip 5: Vind je de vlaai niet bruin genoeg? Zet hem dan aan het eind nog 1 à 2 minuten onder de gril.
Laat de vlaai circa 10 minuten in de vorm afkoelen alvorens hem te lossen. De rijstvulling zakt nog; als hij net uit de oven komt staat hij waarschijnlijk nog bol. Laat de vlaai op een taartrooster volledig afkoelen!
Afwerking
Voor de afwerking moeten we nog slagroom kloppen en chocoladeschaafsel maken. Je hebt hier alle tijd voor, want het duurt wel een poos voor je vlaai volledig is afgekoeld en je dus verder kunt gaan met afwerken.
Benodigdheden voor de afwerking:
500 ml slagroom
4 el suiker
2 zakjes klop-fix
100 g pure chocolade
Klop de slagroom stijf met de suiker en de klop-fix. Zet koel weg.
Tip 6: Vervang een deel van de suiker door vanillesuiker. Lekker!
Smelt de helft van de chocolade au bain-marie, haal van het vuur (temperatuur van de chocolade is circa 45 °C) en voeg de rest van de chocolade toe. Spatel de massa heen en weer tot alles goed is opgelost. Schep de chocolade op een platte plaat. Ik gebruik hiervoor een groot plat pizzabord. Maar als je een marmeren plaat hebt, dan gebruik je die natuurlijk! Spatel de chocolade heen en weer en schep het terug in de kom. Als de chocolade terug gekoeld is naar circa 30 °C kun je verder. Stort de chocolademassa weer uit op de plaat en smeer het uit met een spatel tot een dun laagje. Laat het staan en verder afkoelen. Even geduld hebben!
Schraap nu met een kaasschaaf of een breed mes de chocolade tot schaafsel.
Tip 7: Heb je geen zin om met de chocolade te prutsen, neem dan chocoladevlokken. Wel zo makkelijk en net zo lekker!
En nu de echte afwerking:
Is je rijstevlaai écht volledig afgekoeld? Dan kunnen we verder met afwerken. Spatel slagroom op de rijstevlaai. De rest van de slagroom doe je in een spuitzak met spuitmondje 1M. Spuit rondom toefjes slagroom op de vlaai en vul het midden met het chocoladeschaafsel.
Ben jij er klaar voor? Bakken maar! Rijstevlaai met slagroom en chocoladeschaafsel, zo lekker!
Tot de volgende keer.
Bianca